Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zijn [16]raadslagen [17]waren met Joab, den zoon van Zeruja, en met Abjathar, den priester; [18]die hielpen, volgende Adonia. 16. Hebreeuws, woorden. Hetwelk ook alzo genomen wordt Num.31:16; Ezech.38:10. 17. Dat is, hij hield raad met dezen, om te beter tot zijn voornemen te geraken. 18. Hebreeuws, en hielpen achter Adonia; dat is, hielpen en volgden Adonia. Alzo 2 Sam.2:10, en onder hfdst.16 vs.21, enz.